Hieronder is de tekst uit het Mattheus evangelie waarna de verdere bespreking volgt door Thomas Naastepad over het Geld van zijn Heer:
omdat je niet weet de dag noch het uur.
en hij riep de eigen knechten
en hij leverde hun zijn goederen over
aan de ander twee
en aan de andere één
aan ieder naar het eigen kunnen
en hij ging heen van zijn volk.
en hij werkt daarin
en hij won andere vijf,
en doorgroef de aarde
en verborg het geld van zijn heer.
en bracht tot hem andere vijf talenten, zeggend:
heer, vijf talenten hebt je mij overgeleverd, zie:
andere vijf talenten heb ik gewonnen.
Zijn heer zei hem: wel, goede en trouwe knecht,
over weinig waart je trouw, over veel zal ik u stellen,
ga in tot de vreugde van uw heer.
heer, twee talenten hebt je mij overgeleverd, zie:
andere twee talenten heb ik gewonnen.
over weinig waart je trouw, over veel zal ik u stellen,
ga in tot de vreugde van uw heer.
en zei: heer, ik kende u
dat je een lastig mens zijt
maaiende vanwaar je niet hebt gezaaid
en ik vreesde
toen ging ik weg
en ik heb dat talent van u verborgen,
boze en hatelijke knecht
je wist dat ik maai vanwaar ik niet heb gezaaid
en vergaar vanwaar ik niet heb gestrooid
voor de wisselaars
en komende zou ik het mijn
opnieuw hebben geïnd met woeker.
en geeft aan die de tien talenten heeft.
en hij zal overvloedig hebben,
maar van die niet heeft, zal ook wat hij heeft
worden afgenomen van hem.
daar zal zijn geween en geknars van tanden.
Opvallend is de kortheid waarmee hetzelfde aan die tweede wordt verteld: ‘desgelijks die van de twee won andere twee’; op het eerste gehoor zou een herhaling niet misstaan hebben: meteen ging ook hij uit die de twee talenten ontving, en hij werkte daarin, en hij won andere twee’.
Dat Mattheus hier met zoveel nadruk van die stijlfiguur geen gebruik maakt, wijst er op dat hij die wil bewaren voor straks wanneer de volheid van het evangelie aan de orde is.
De lezer die hier verrast wordt door de opvallende afwezigheid van de herhaling wordt daarmee op zijn hoede gebracht voor dat fragment in het verhaal waarin de herhaling wel wordt toegepast.
Wat hij hier niet verzwijgen mag dat schrijft hij, de overrompelende kracht van Gods ontferming: ‘desgelijks die van de twee won andere twee’.
Het beeld van God in zijn omgang met de mensen is nog ongebroken.
‘ Er is een land van louter licht, waar heiligen heer zijn’ (Gez. 290).
God schaamt zich niet voor zijn getuigen.
Er zijn nog geen godzaligen die hem tot een monstrum maken.
Dat gaat nu komen: ‘maar hij die het ene ontving, ging weg en doorgroef de aarde en verborg het geld van zijn heer.’
Opeens klinkt alles anders.
Ook gebruikt het Grieks een ander werkwoord: niet ‘uitgaan’, maar ‘heengaan’, weg uit de bediening; die man gaat meteen al zijn eigen weg; en wat hem is gegeven blijft een vreemd ding in zijn leven; het maakt geen deel uit van zijn bestaan, is eerder een hinderpaal, want, zegt hij zelf later: hij vreesde.
Wat hem is toevertrouwd wordt nooit zijn hart en ziel.
Hij wil er eigenlijk van af.
Daarom graaft hij in de aarde en verbergt het daar, zoals je een dode begraaft.
In zijn hand is de levende gave een dood ding, in zijn mond is het woord van God niet meer dan een holle galm.
‘En hij verborg het geld van zijn heer’.
Nu pas staat Mattheus ons toe aan geld te denken.
Nu is het ook geboden.
Hij laat er mee horen hoe de eigenste gaven van God geperverteerd wordt tot het meest onbetrouwbare wat onder mensen gangbaar is : een ruilmiddel in de handel, een machtsmiddel om genadeloos over anderen te heersen, een afkoopsom.
Het is voorzien, en er is in voorzien dat God zelf, als hij tot ons komt, verkocht en verraden wordt, gelijkgesteld aan klinkende munt.
Voor dertig zilverlingen kun je hem krijgen.
Waar het woord ‘God’ gangbaar is geworden als pasmunt, daar wordt het even onbetrouwbaar als de Mammon.
Wij moeten er op letten dat Mattheus hier het woord geld voor het eerst invoert in zijn evangelie, vrij laat, nu alles zich gaat concentreren op het ‘einde’.
Straks zal het een belangrijke rol spelen in het verhaal van de ‘overlevering’, in het verhaal van de dood en van de opstanding.
Twee maal voor de dood van Jezus: ‘toen ging een van de twaalf, genaamd Judas Iskarioth, tot de hogepriesters, en zei: wat wilt gij mij geven, en ik zal hem aan u overleveren; en ze hebben hem toegelegd dertig zilverlingen (arguria) 26,1; de tweede maal bij herhaling in het bericht van de zelfmoord van Judas: 27,3-10, waarin ook het woord ‘overleveren’ weer opklinkt.
Dan tweemaal na de opstanding van Jezus: ‘en zij (de hogepriesters) vergaderd zijnde met de ouderlingen, hielden samen raad en gaven aan de soldaten veel geld’ (28,12); en ‘zij, het geld genomen hebbend, deden gelijk zij geleerd waren, en dit woord is verbreid bij de Judoërs tot op de huidige dag’ (28,15).
Het is wel duidelijk: ‘geld’ is voor Mattheus het woord voor al die machtsmiddelen waarmee men de Christus en zijn woord, zijn leven en zijn opstandig, verdonkermaant en machteloos wil houden.
Hij mag niet waar zijn.
Men blijft liever zelf aan de macht.
Men moet het woord ‘Judaeers’ in 28,15 dan ook niet met ‘Joden’ vertalen. Want dan heeft het de schijn dat de kerk vrij uit gaat.
De Judoërs dragen de naam van ‘Judas’, van het adressaat van de genade.
Iedere godzalige en iedere leerling die, hoewel niet zonder God, wel zonder deze heer kan leven, en die daarom van zijn macht en van zijn koopkracht geen afstand doet, moet zich rekenen onder de Judoërs.
Doorslaggevend daarbij is niet of men ‘in de opstanding gelooft, of in de historiciteit van Christus’; met dergelijke abstracties moet men elkaar niet om de oren slaan.
Deze gelijkenis openbaart aan de rechtzinnige zijn zonde: dat hij God verduisterde terwijl hij hem beleed, hem wanstaltig en onbetrouwbaar maakte terwijl hij voor hem pal stond.
In zijn pretentie van een nauwkeurig bewaarde en van vreemde smetten vrije leer te bezitten is de God van de ontferming nooit zijn leven geworden.
Hij verbergt het geld van zijn heer: in zijn handen werd het talent tot geld.
Hij zal zich het geld van een ander nooit toe-eigenen, want hij is onkreukbaar, maar hij denkt in geld, in afgebakende bezittingen.
De ironie van Hollands welvaren (want zonder geloof vaart niemand wel) is dat het hart van de prediking, ‘God-met-ons’ gegrift staat op de rand van ons …geld dat wij in kluizen bewaren en waaraan wij de macht van de sterkste aflezen.
Het staat er wel zo onbeschaamd dat wij daardoor haast de aandacht zouden verliezen voor de veel verfijnder vormen van Gods haat waarin een rechtzinnige zijn grote en kleine machtspolitiek kan bedrijven.
Met het woord ‘geld’ loopt Mattheüs hier vooruit op het komende verhaal van Jezus‘ dood
Die dood openbaart onze vervreemding van God.
Met nauwkeurig gekozen woorden beschrijft Mattheus de afstand tussen die man en de gave Gods: ‘hij verborg het geld van zijn heer’.
Het werd nooit het zijne.
Hij kon ook zonder de ontferming leven.
Hij liet dan ook anderen zonder ontferming leven (=sterven).
Het woord ‘heer’ treedt hier voor het eerst op in de parabel.
Die heer, hoewel hij zichzelf gaf, komt alleen te staan, tegenover die man.
Al zal dan de ontferming nooit kunnen worden geblokkeerd, de geschiedenis ervan is vervlochten met de dood van de mensenzoon en met de bittere geschiedenis van de kerk.
Wie in die kerk de dood van Jezus Christus belijdt, heeft niet het recht zich te distantiëren van die man die het geld van zijn heer verborg.
Voor hem is deze parabel geschreven.
Het zijn de Joden niet, Heer Jezus, die u sloegen’; het zijn de ‘Judoërs‘ die wij zijn.
Laat me weten in de commentaren wat het goede nieuws was in deze tekst die bij u een nieuw perspectief gaf. En of je het met deze uitleg eens of oneens kunt zijn?
MENSWORDING uitleg van het Evangelie naar Markus.
Annemie Persyn Declercq
Orthopedagoge
Indien je wenst te groeien in zelfliefde en u wenst uw narcistisch ziel trauma te herstellen word nu lid van onze prive Support group VKoN. Lees eerst de info vooraleer uw aanvraag te doen. Voor wie is VKoN bedoeld? Iedereen die genoeg heeft van een teleurstellend leven en zichzelf, en die bereid is om innerlijk werk te doen om te genezen.
Dus vandaag wil ik met jullie informatie delen om emotionele energie los te laten met EFT, die in ons lichaam… Read More
Iedereen bedankt voor het volgen van narcisme.blog. Degenen onder jullie die dat niet hebben gedaan: als het je bevalt wat… Read More
Dit artikel gaat over een bodyscan-meditatie. Geschatte leestijd: 6 minuten Dus eerst ga ik een beetje praten over wat het… Read More
Leave a Comment